U bent hier
Aandeel niet-Nederlandstalige werklozen
Aandeel niet-Nederlandstalige werklozen stijgt in Halle-Vilvoorde tot 55,7 %
Eind september 2011 was 55,7% van het aantal werklozen in Halle-Vilvoorde niet-Nederlandstalig. Dat blijkt uit een antwoord van Vlaams minister van Werk Philippe Muyters op een vraag van Vlaams Volksvertegenwooriger Mark Demesmaeker (N-VA).
Uit de cijfers die Mark Demesmaeker jaarlijks opvroeg, blijkt verder dat het aandeel anderstalige werklozen van 2003 tot september 2011, gestegen is van 47 % naar 55,7%.
Demesmaeker vroeg ook de cijfers per gemeente van Halle-Vilvoorde op.
Het verbaast niet dat in de faciliteitengemeenten een overgrote meerderheid van de werklozen Franstalig of anderstalig is. In Drogenbos is bijvoorbeeld 94 % van de werklozen niet-Nederlandstalig.
Maar ook vele andere gemeenten van Halle-Vilvoorde hadden in 2011 een opvallend aandeel niet-Nederlandstalige werklozen.
Enkele voorbeelden: Sint-Pieters-Leeuw (70,7%), Zaventem (70,3%) Vilvoorde (64,6%), Grimbergen (63 %), Beersel ( 59,8 %) Asse (58 %), Dilbeek (58,7 %), Machelen (66,4 %), Overijse (61%), Roosdaal (26,5%), Lennik (30,3%), Gooik (15,8%), Galmaarden (18,8%), Herne (36,8%), Halle (40,3%), Pepingen (19,8%), Roosdaal (26,5%)….
Uitschieters zijn Sint-Pieters-Leeuw (70,7 %) en Zaventem (70,3 %).
Waarom zijn er zoveel niet-Nederlandstalige werklozen in het Vlaamse Halle-Vilvoorde? De taalhandicap blijkt hier een doorslaggevende rol te spelen. De VDAB biedt gratis taalcursussen Nederlands aan, maar terwijl het aandeel niet-Nederlandstalige werklozen stijgt, blijft het aantal deelnemers aan deze taalcursussen status-quo. Nochtans vereist het overgrote deel van de vacatures in Halle-Vilvoorde de kennis van het Nederlands. Dus blijven Nederlandsonkundigen helaas langdurig werkloos.